Van het oude Jeruzalem via Palermo naar Brussel
De eerst “spijtoptant” in ruime zin kan men reeds herkennen in de figuur van Judas Iskariot, maar de eerste sporen van de “moderne spijtoptant” vindt men terug in de loden jaren zeventig en tachtig in Italië. Italië werd toen geteisterd door extreemlinks en extreemrechts terrorisme. Dit leidde tot een eerste experiment waarin mededaders of medeplichtigen, in ruil voor het verlinken van andere daders (hogerop in de hiërarchie), strafvermindering of betere detentieomstandigheden verkregen.
Dit systeem van spijtoptanten (Pentiti) verkreeg nadien wereldfaam toen het door de Italiaanse autoriteiten werd ingezet in de strijd tegen de maffia. Zo maakte de betreurde onderzoeksrechter Giovanni Falcone gebruik van dit systeem om door middel van de spijtoptant Tommaso Buscetta inzicht te verkrijgen in de Siciliaanse maffia (Cosa Nostra).
Het succes van het spijtoptantenrégime in Italië en in andere Europese landen (die het Italiaanse model hadden overgenomen) in de strijd tegen de georganiseerde misdaad, was ook de Belgische wetgever niet ontgaan. Bovendien koesterde de Belgische wetgever de stiekeme hoop dat een spijtoptant zou kunnen zorgen voor een doorbraak in het dossier van de Bende van Nijvel.
In de zomer van 2018 werd een spijtoptantenregeling ingevoerd in het Belgische strafprocesrecht.
Tot op heden zijn er evenwel slechts twee dossiers bekend waarin gebruik werd gemaakt van die regeling, namelijk het dossier Propere Handen (over de mogelijke fraude in het Belgische profvoetbal) en het dossier Qatargate (over mogelijke corruptie van Europese parlementsleden).
Pentiti à la belge
De Belgische wetgever koos er bewust voor om in de wettekst geen gebruik te maken van de term “spijtoptant” aangezien het aannemelijk is dat de wil van de “spijtoptant” om verklaringen af te leggen niet werkelijk is ingegeven door oprechte spijt, maar eerder het gevolg is van onbeschaamd opportunistisch handelen, dan wel uit wrok ten aanzien van concullega’s uit het criminele milieu.
De Belgische wetgever omschrijft de “spijtoptant” dan ook als “een persoon die in ruil voor toezeggingen inzake de strafvordering, strafuitvoering of hechtenis, substantiële, onthullende, oprechte en volledige verklaringen aflegt inzake de betrokkenheid van derden en desgevallend de eigen betrokkenheid, over gepleegde of gepoogde misdrijven”.
U begrijpt dat wij voor de leesbaarheid verder in dit artikel, ondanks het potentieel ontbreken van enige vorm van spijt bij de spijtoptant, toch de term “spijtoptant” zullen hanteren!
Iedereen spijtoptant?
De spijtoptant kan enkel een (mede)dader of medeplichtige zijn aan een bepaald misdrijf. Het is echter niet vereist dat de spijtoptant verklaringen aflegt over een misdrijf waarbij hij zelf betrokken is, al is dit uiteraard wel mogelijk.
Men kan spijtoptant worden tijdens het gerechtelijk onderzoek dat door een onderzoeksrechter wordt gevoerd, tijdens de periode dat de zaak wordt behandeld door de rechtbank en zelfs nadien terwijl de straf wordt uitgevoerd.
Men kan enkel als spijtoptant fungeren wanneer men verklaringen aflegt over (pogingen tot) misdrijven die zijn opgesomd in artikel 90ter §§2-4 Sv. Het gaat hier onder meer over de zwaarste misdrijven in het Belgische strafrecht zoals terrorisme, moord, drugshandel en witwassen.
Pro memorie: het Memorandum
Het voorstel om een persoon tot het spijtoptantenrégime toe te laten gaat steeds uit van het openbaar ministerie. Dit voorstel dient eveneens al de toezeggingen te bevatten die het openbaar ministerie in ruil voor de verklaringen van de spijtoptant doet en een vervangende straf voor het geval dat de spijtoptant de voorwaarden van het memorandum niet naleeft.
Niets belet echter dat diegene die wil toetreden tot het spijtoptantenrégime (via zijn of haar advocaat) voorafgaandelijk informeert bij het openbaar ministerie of er bereidheid is om hem of haar toe te laten tot het spijtoptantenrégime.
Wanneer de spijtoptant het voorstel van het openbaar ministerie aanvaardt, wordt dit akkoord vastgelegd in een memorandum. De spijtoptant dient verplicht te worden bijgestaan door een advocaat tijdens de totstandkoming van dit memorandum.
De verklaringen die worden afgelegd tijdens de onderhandelingsfase voorafgaandelijk aan het opstellen van het memorandum genieten geen vertrouwelijkheid wanneer er uiteindelijk geen memorandum wordt gesloten.
Voor wat, hoort wat!
In ruil voor de verklaringen die de spijtoptant aflegt, worden er aan de spijtoptant door het openbaar ministerie “gunsten” toegekend in het memorandum.
Deze gunsten kunnen zowel betrekking hebben op de uitoefening van de strafvordering door het openbaar ministerie als op de strafuitvoering.
Afhankelijk van de aard en de categorie van het misdrijf dat door de spijtoptant werd gepleegd, kan de straf verminderd worden tot onder het minimum dat door de strafwet wordt bepaald. Voor misdrijven die zonder geweld werden gepleegd, kan zelfs een éénvoudige schuldigverklaring worden voorgesteld, waardoor de spijtoptant geen straf dient te ondergaan.
Overigens kan het openbaar ministerie ook toezeggingen doen met betrekking tot de verbeurdverklaring van de vermogensvoordelen en voorwerpen die verband houden met de misdrijven.
Ook zijn gunsten mogelijk met betrekking tot de strafuitvoering. Zo kan men beloven om een gunstig verslag op te stellen voor de strafuitvoeringsrechtbank of zich passief op te stellen ten aanzien van de instanties die bevoegd zijn voor de inning van de opgelegde geldboetes, verbeurdverklaringen, de uitvoering van een gevangenisstraf, etc.
Wie A zegt moet B zeggen!
De spijtoptant verbindt zich door ondertekening van het memorandum om binnen een bepaalde termijn volledige, oprechte en onthullende verklaringen af te leggen. Deze verklaringen als spijtoptant kunnen echter nooit anoniem gebeuren.
De spijtoptant dient m.a.w. aan de onderzoekers nieuwe of nog niet bevestigde informatie mee te delen. Bovendien dient de spijtoptant eerlijk te zijn en ook alle informatie over zijn eigen betrokkenheid mee te delen.
Wanneer na de bekrachtiging van het memorandum wordt vastgesteld dat de verklaringen die werden afgelegd bewust onvolledig of onjuist waren, kunnen de gunsten die werden gedaan, worden ingetrokken en kan de vervangende straf die in het memorandum werd bepaald worden opgelegd.
De “lijdelijkheid” van de rechter
Het tussen de spijtoptant en openbaar ministerie overeengekomen memorandum dient, nadat de spijtoptant zijn verklaringen heeft afgelegd, nog onderworpen te worden aan een rechterlijke controle. Dit houdt in dat de rechtbank zal controleren of aan de toepassingsvoorwaarden van de spijtoptantenregeling is voldaan, de misdrijven correct werden omschreven in het memorandum en de toezeggingen van het openbaar ministerie proportioneel zijn.
Nadien zal de rechter het memorandum bekrachtigen en de overeengekomen straf opleggen.
Indien de rechter weigert om het memorandum te bekrachtigen, zal er een nieuw memorandum worden opgesteld (de rechter kan het memorandum immers niet zelf aanpassen) ofwel zal men de zaak zijn gewone verloop laten kennen waarbij de voormalig spijtoptant toch voor de rechter dient te verschijnen. Alle documenten met betrekking tot het vroeger spijtoptantenregime en alle verklaringen die in dat kader werden afgelegd worden dan uit het dossier verwijderd en kunnen niet meer gebruikt worden om de misdrijven die het voorwerp uitmaakten van de verklaringen van de voormalig spijtoptant te bewijzen.
De spijtoptant in België
Doordat verklaringen van een spijtoptant nooit anoniem kunnen zijn, is het succes van deze “opsporingstechniek” vooralsnog beperkt. In criminele organisaties zijn wraakacties tegen een spijtoptant of mensen uit diens entourage immers niet ondenkbaar. Leden van deze organisaties zijn dan ook eerder terughoudend om te fungeren als spijtoptant.
Het nut van de spijtoptantenregeling lijkt voorlopig dan ook voornamelijk te situeren in het kader van de financieel-economische criminaliteit, waar de risico’s op vergelding kleiner zijn.