Flash – Brede fiscale hervorming voorgesteld: een overzicht

De minister van Financiën onthulde onlangs de plannen voor de eerste fase van een brede fiscale hervorming. Hoewel de hervorming nog verder onderhandeld moet worden, en er dus nog niets finaal beslist is, lijsten wij alvast de meest opvallende maatregelen op.

Personenbelasting

  • Verlagen lasten op arbeid: de hervorming heeft tot doel om de lasten op arbeid te verlagen, de koopkracht te verhogen en de werkzaamheidsgraad te versterken. Dit doel wordt bereikt door (i) het verhogen van de belastingvrije som, (ii) verbreden van de schaal van het progressief tarief van 45% en (iii) de uitbreiding van de fiscale werkbonus.
  • Modernisering gezinsfiscaliteit: ook de gezinsfiscaliteit zal gemoderniseerd worden via (i) het geleidelijk uitdoven van het huwelijksquotiënt en het stelsel m.b.t. onderhoudsuitkeringen over een periode van 20 jaar en (ii) het stroomlijnen van het fiscaal co-ouderschap.
  • Stroomlijnen voordelen van alle aard: de ramingen van de voordelen van alle aard zullen worden afgestemd op de behandeling inzake RSZ.
  • Hervorming fiscaal regime aandelen(optie)plannen: er komt een nieuw fiscaal regime m.b.t. toekenningen van aandelen(opties) aan werknemers. De hervorming verhelpt enkele pijnpunten m.b.t. het huidige regime en verstrengt eveneens de voorwaarden om oneigenlijk gebruik te voorkomen. Het nieuw regime zal gelden voor toekenningen vanaf 1 januari 2024.
    • Forfaitaire belasting aandelenopties: Het huidig fiscaal regime zal behouden blijven, maar de voorwaarden worden verstrengd. Zo zal dit voortaan enkel gelden voor toekenningen van opties op aandelen van de werkgeversvennootschap of verbonden vennootschap (en dus niet langer op warranten op BEVEKS). Dit heeft een impact op toekenningen waarbij de begunstigde via een managementvennootschap werkt (die de opties krijgt en vervolgens doorgeeft). De opties zullen bovendien geacht worden te zijn aanvaard, tenzij de begunstigde binnen de termijn van 60 dagen het aanbod schriftelijk heeft geweigerd. Als de werkgever ook een calloptie heeft, is extra voorzichtigheid geboden. De Memorie van Toelichting bepaalt namelijk dat dit kan kwalificeren als fiscaal misbruik.
    • Specifiek regime voor toekenningen van aandelen, aandelencertificaten en aandelenopties: daarnaast komt er een nieuw regime m.b.t. toekenningen van aandelen, aandelencertificaten en opties m.b.t. aandelen van de werkgeversvennootschap (of een verbonden entiteit) die niet onder de forfaitaire belasting vallen. Dergelijke toekenning zullen aanleiding geven tot een belastbaar voordeel van alle aard. Dit voordeel zal slechts belastbaar worden op het moment van overdracht van het instrument door de begunstigde en dus niet op het moment van toekenning. Het probleem van de voorfinanciering van de belastingen wordt hiermee dus aangepakt. De waarde van het voordeel stemt overeen met de werkelijke waarde op het moment van toekenning (of de werkelijke waarde bij overdracht indien deze lager zou zijn). Als er in tussentijd een meerwaarde zou worden gerealiseerd, zal deze belastbaar zijn aan 15%;
    • Aangifteplicht: begunstigden zullen in de aangifte ook melding moeten maken van een toekenningen die ze hebben ontvangen.
  • Carried interest: er komt een afzonderlijk fiscaal regime voor surplus rendementen (bijv. carried interest). Het rendement dat proportioneel meer bedraagt dan het rendement dat behaald werd door andere houders van gelijkaardige financiële instrumenten zal belast worden als een beroepsinkomen aan 35% (te verhogen met de gemeentelijke opcentiemen en eventuele sociale bedragen die verschuldigd zullen zijn).

Vrijstelling tot doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor O&O

Het fiscaal regime m.b.t. de vrijstelling tot doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor O&O zal worden hervormd. Deze hervorming heeft tot doel om de belastingplichtige meer rechtszekerheid te bieden:

  • Nieuw begrip onderzoekscentrum: de vrijstelling zal voortaan ook kunnen worden toegepast voor onderzoekers actief in een onderzoekscentrum van de onderneming, zijnde een bedrijfstak die O&O verricht en waarvan de onderzoekers aan bepaalde voorwaarden voldoen. De bedrijfstak moet ook een minimaal aantal onderzoekers tewerkstellen. Ondernemingen zullen een uitdrukkelijke erkenning moeten aanvragen;
  • Invoeren van post factum rapportering: de voorafgaande aanmelding van projecten of programma’s zal behouden worden, maar ondernemingen zullen voortaan ook na afloop van het kalenderjaar een gedetailleerd overzicht moeten bezorgen van de O&O-projecten, inclusief een inhoudelijk beschrijving van de uitgevoerde taken;
  • Wettelijke pro rata-regeling: de vrijstelling kan enkel worden toegepast in verhouding tot de duurtijd van de onderzoekstaken die tijdens de betreffende periode werden verricht;
  • Geen bindend advies meer van Belspo: het zou voortaan niet langer mogelijk zijn om als belastingplichtige een bindend advies te vragen aan Belspo m.b.t. het O&O-karakter van de activiteiten. Maar de dienst voorafgaande beslissing kan dit eventueel wel aanvragen in het kader van een rulingaanvraag;
  • Koninklijk Besluit: de formaliteiten en modaliteiten zullen nog bijkomend in een afzonderlijk Koninklijk Besluit worden vastgelegd.

Vennootschapsbelasting

  • Aftrek voor innovatie-inkomsten: vanaf 1 januari 2024 zouden de inkomsten m.b.t. Belgische of andere lokale octrooien niet langer in aanmerking komen. Enkel inkomsten m.b.t. Europese en internationale octrooien zullen kwalificeren. Voor kleine vennootschappen zouden Belgische octrooien onder bepaalde voorwaarden wel nog volstaan. Voor software zal er niets wijzigen (uitz. de impact dat Belspo geen bindende adviezen meer zal geven)
  • DBIaftrek: de DBI-aftrek zou omgevormd worden naar een echte vrijstelling. De voorwaarden worden wel verstrengd. Voor participaties die meer dan 2,5 mEUR bedragen, maar minder dan 10%, zal voortaan als voorwaarde worden gesteld dat het gaat over participaties die geboekt worden als financiële vaste activa. Loutere geldbeleggingen komen dus niet langer in aanmerking (dit heeft een impact voor DBI-beveks, maar ook voor beleggingsvennootschappen en vennootschappen die investeren in zulke vennootschappen).
  • Duurzame investeringen: de investeringsaftrek zal worden uitgebreid voor duurzame investeringen. Daarnaast zullen investeringen in klimaatneutrale technologieën in aanmerking komen voor versnelde afschrijvingen.

Btw

  • Hervorming van de tarieven: de tarieven van 6% en 12% zullen geharmoniseerd worden op 9% (behoudens enkele uitzonderingen)
  • Elektronische facturering: geleidelijke invoering van de verplichting tot e-invoicing.

 

Diverse andere maatregelen

  • Verhogen jaarlijkse taks op de effectenrekeningen (JTER): het tarief van de JTER zal verhoogd worden van 0,15% naar 0,30%
  • Voorafgaande beslissingen: hervorming van de organisatie van de Dienst Voorafgaande Beslissingen. Daarnaast zal er ook een kader worden uitgewerkt voor overleg tussen de verschillende diensten van de administratie en de Dienst Voorafgaande Beslissingen.

 

 

Zoals gezegd, betreffen voormelde maatregelen slechts voorstellen en zijn zij dus nog niet definitief. Wij volgen de verdere ontwikkelingen uiteraard van dichtbij op. Heeft u ondertussen vragen over de fiscale hervorming en de mogelijke impact voor u of uw ondernemingen? Aarzel dan niet om Hilde Van den Keybus (hilde.vandenkeybus@monardlaw.be), Pieter Van Den Berghe (pieter.vandenberghe@monardlaw.be) of Luk Cassimon (luk.cassimon@monardlaw.be) te contacteren!

Op zoek naar advies rond een bepaald onderwerp?

We begeleiden je naar de juiste persoon of team.