Sinds 1 september 2019 geldt het verbod van misleidende en agressieve marktpraktijken ook in B2B relaties 

Sinds 1 september 2019 geldt het verbod van misleidende en agressieve marktpraktijken ook in B2B relaties 

Consumenten worden al vele jaren wettelijk beschermd tegen allerhande misbruiken door ondernemingen (bv. misleiding over de prijzen of het product, oneerlijke contractvoorwaarden, ongevraagde aankopen…).

Geïnspireerd op dit consumentenrecht introduceerde de Belgische wetgever bij wet van 4 april 2019 een aantal regels die betrekking hebben op de relaties tussen ondernemingen, waaronder: 

  • een verbod op misbruik van economische afhankelijkheid (inwerkingtreding 1 juni 2020),  
  • een verbod op oneerlijke bedingen (inwerkingtreding 1 december 2020 voor toekomstige contracten of wijzigingen en verlengingen aan bestaande contracten) en, 
  • een verbod op misleidende en agressieve marktpraktijken (inwerkingtreding 1 september 2019). 

Monard Law zal aan de hand van drie bijdragen de krachtlijnen van deze nieuwe regels schetsen, en dit telkens rond de periode van hun inwerkingtreding. 

Hieronder geven we alvast een samenvatting van het verbod op misleidende en agressieve marktpraktijken tussen ondernemingen dat op 1 september 2019 van kracht is geworden.

Misleidende marktpraktijken

Met de bepalingen inzake misleidende marktpraktijken worden situaties beoogd waarin de onderneming onjuiste informatie verstrekt aan een andere onderneming, of feitelijk correcte informatie die kan bedriegen. Daarnaast is ook het weglaten van essentiële informatie niet toegelaten.  

Het betreft onjuiste of gebrekkige informatie over bijvoorbeeld het bestaan of de aard van het product, voornaamste kenmerken van het product, prijs of wijze van prijsberekening, de noodzaak van een dienst zoals een vervanging, de marketing, een concurrerende onderneming of de hoedanigheid van de verkoper (zoals zijn kwalificaties of erkenningen). 

De wetgever wil met het verbod op misleidende marktpraktijken vermijden dat een onderneming een andere onderneming op een verkeerd spoor wil brengen en haar een transactie wil laten doen die zij anders niet had genomen. 

Agressieve marktpraktijken

Verder kan een onderneming ook optreden tegen agressieve marktpraktijken van een andere onderneming. Opdat er sprake is van agressieve marktpraktijken, moet er intimidatie, dwang of ongepaste beïnvloeding zijn.  

Intimidatie en dwang zijn relatief duidelijke begrippen. Onder het begrip ongepaste beïnvloeding begrijpt men het uitbuiten door een onderneming van een machtspositie ten aanzien van de andere onderneming om een ongeoorloofde druk uit te oefenen op een wijze die het vermogen om een geïnformeerd besluit te nemen, aanzienlijk beperkt.  

Het bestaan van een agressieve marktpraktijk wordt steeds aan de hand van de feitelijke context beoordeeld. Zo wordt bijvoorbeeld rekening gehouden met de contractuele positie van de betrokken ondernemingen (een ‘sterkere’ multinational versus een ‘zwakkere’ KMO), dreigende taal, profiteren en gebruik maken van bepaalde tegenslagen of dreigen met maatregelen die wettelijk niet kunnen genomen worden. 

Sancties

Misleidende of agressieve marktpraktijken kunnen zich voordoen bij de onderhandelingen, bij de uitvoering van het contract en bij het beëindigen van het contract. 

Wanneer een onderneming zich tijdens één van deze fases schuldig maakt aan misleidende en agressieve marktpraktijken kan een stakingsvordering worden ingeleid voor de Voorzitter van de ondernemingsrechtbank, en dit op straffe van dwangsommen. Bovendien kunnen misleidende en agressieve marktpraktijken strafrechtelijk gesanctioneerd worden met geldboetes tot 10.000,00 euro. 

Ten slotte zullen niet enkel de rechtbanken maar ook de economische inspectiediensten van de FOD Economie bevoegd zijn om de naleving van de nieuwe regels te controleren, klachten te behandelen en bij inbreuk boetes op te leggen.  

Zowel voor grote als kleine ondernemingen  

Hoewel het verbod op misleidende en agressieve marktpraktijken vooral gericht is op de bescherming van de kleinere en middelgrote ondernemingen kunnen alle ondernemingen, ongeacht hun grootte of marktaandeel, een beroep doen op deze nieuwe regelgeving.  Een kleinere onderneming kan immers ook een machtspositie innemen ten opzichte van een grotere onderneming (denk maar aan nichespelers).

Besluit

Voor ondernemingen is het sinds 1 september 2019 des te belangrijker geworden om in een B2B context hun bestaande praktijken en contractvoorwaarden aan een evaluatie te onderwerpen en in elk geval voorzichtig te handelen bij contractonderhandelingen.  

Heeft u het gevoel dat uw medecontractant u probeert uit te buiten, dat hij dreigt of bijvoorbeeld gebruik probeert te maken van bepaalde tegenslagen? Dan biedt bovenstaande wetgeving mogelijks een uitweg. Indien u meer wenst te weten over uw concrete situatie maakt u best een afspraak met één van onze specialisten.

In een volgende bijdrage wordt ingegaan op het verbod van economische afhankelijkheid waarvan de inwerkingtreding is voorzien op 1 juni 2020. 

Dit artikel werd geschreven door

Op zoek naar advies rond een bepaald onderwerp?

We begeleiden je naar de juiste persoon of team.