Het regime van tijdelijke werkloosheid overmacht-corona wordt verlengd tot 31 maart 2022

Om de uitzonderlijke situatie die door de coronapandemie is ontstaan te trotseren, werd er in maart 2020 een specifiek systeem ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht – corona’ (hierna ‘TWOC’) ingevoerd. Door dit systeem konden alle situaties van tijdelijke werkloosheid wegens corona beschouwd worden als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. Bovendien werd met dit systeem naast een vereenvoudigde procedure voor werknemers ook een vereenvoudigde aangifteprocedure ingevoerd voor alle werkgevers die gebruik maken van tijdelijke werkloosheid door het coronavirus.

Dit systeem TWOC wordt nu opnieuw verlengd tot 31 maart 2022. Dat werd dinsdag 1 februari 2022 formeel bevestigd door een koninklijk besluit van 16 januari 2022. We frissen het systeem graag nog even voor u op.

1.1 Wat is TWOC?

Aangezien veel werknemers omwille van de coronapandemie niet konden werken, werd er in maart 2020 het systeem van ‘tijdelijke werkloosheid wegens overmacht – corona’ ingevoerd.

Met dit systeem wordt er een soepelere toepassing van het begrip ‘overmacht’ aanvaard. Zo worden alle situaties van tijdelijke werkloosheid wegens corona beschouwd als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht, zelfs al kunnen er nog enkele dagen worden gewerkt.

Bijgevolg kan elke werknemer met een lopende arbeidsovereenkomst, die tijdelijk geen werk meer heeft door de coronapandemie, beroep doen op dit systeem, wanneer zijn werkprestaties tijdelijk, volledig of gedeeltelijk worden opgeschort. Voor de periode van tijdelijke werkloosheid krijgt een werknemer geen loon, maar kan hij een werkloosheidsuitkering krijgen.

TWOC voorziet bovendien in een vereenvoudigde procedure waardoor werkgevers enkel maandelijks een elektronische aangifte van sociaal risico (hierna ASR-scenario 5) moeten doen bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (hierna ‘RVA’).

De toepassing van dit systeem werd al eens verlengd tot 31 december en wordt nu opnieuw verlengd, tot 31 maart 2022.

 

1.2 Wie komt in aanmerking?

1.2.1 Werkgevers

Aangezien er wordt afgeweken van de strikte definitie van het begrip ‘overmacht’, kan elke werkgever die getroffen wordt door de coronapandemie tot en met 31 maart 2022, ongeacht de eigenlijke reden, gebruik maken van dit systeem.

Op die manier kunnen naast ondernemingen die volledig moeten sluiten, ook ondernemingen die te kampen hebben met een tijdelijke daling van bijvoorbeeld klanten of omzet, zich beroepen op het systeem. Bovendien geldt TWOC voor alle sectoren.

 

Werknemers

Dit systeem kan worden toegepast voor:

  • zowel arbeiders als bedienden;
  • uitzendkrachten;
  • personeel van onderwijsinstellingen;
  • werknemers voor een gepland evenement;
  • leerlingen die een alternerende opleiding volgen.

Kortom, dit systeem geldt voor iedereen die tijdelijk geen werk meer heeft omwille van corona, met uitzondering van:

  • statutaire ambtenaren;
  • studenten;
  • zelfstandigen in hoofdberoep.

 

1.3 Te volgen procedure voor de werkgever

1.3.1 Verplicht: ASR-scenario 5

De werkgever dient maandelijks een elektronische ASR-scenario 5 uit te voeren van het aantal dagen waarop de werknemer tijdelijk werkloos is.

In deze aangifte moeten volgende elementen worden opgenomen:

  • de reden van tijdelijke werkloosheid: ‘overmacht’;
  • als reden van overmacht: ‘het coronavirus’;
  • de dagen waarop de werknemer tijdelijk werkloos is met code ‘5.4’.

 

1.3.2 Niet verplicht

Omwille van de vereenvoudigde procedure zijn volgende formaliteiten niet verplicht:

  • de voorafgaande mededeling aan de RVA van de tijdelijke werkloosheid overmacht;
  • de kennisgeving aan de RVA van de eerste dag waarop de werknemer werkloos is die maand;
  • een elektronische ASR-scenario 2 aan de RVA;
  • de afgifte van een 2A controlekaart aan de werknemer die tijdelijk werkloos wordt gesteld.

 

1.3.3 Meldingsplicht + bewaring van attesten

Daarnaast heeft de werkgever ten aanzien van zijn werknemers een meldingsplicht teneinde hen duidelijk te informeren over de dagen dat ze tijdelijk werkloos zijn en de dagen waarop ze wel geacht worden te komen werken.

Bovendien is het van belang dat de werkgever de attesten die de werknemers in overmachtssituaties afleveren, bewaart voor potentiële controles.

 

1.4 Omvang uitkering

1.4.1  Hogere tijdelijke werkloosheidsuitkering

Het brutoloon van de werknemer vormt de berekeningsbasis van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, met een plafond van 2.754,76 euro. De uitkering bedraagt 70 procent van het (geplafonneerde) brutoloon van de werknemer. In tegenstelling tot een klassieke werkloosheidsuitkering, blijft het bedrag van een uitkering voor tijdelijke werkloosheid constant.

Er is bovendien ook geen wachttijd voorzien, waardoor de werknemer zonder bewijs van het aantal arbeids- of gelijkgestelde dagen onmiddellijk recht heeft op een uitkering.

 

1.4.2 Supplement voor werknemers

Boven op de uitkering voor tijdelijke werkloosheid ontvangt een werknemer in TWOC in de periode van 1 maart 2020 tot en met 31 maart 2022 een supplement van 5,74 euro per dag, uitgaande van de RVA.

 

1.5 FAQ

Al sinds het begin van de coronacrisis, houdt de RVA een handige lijst bij van de meest gestelde vragen over het systeem van tijdelijke werkloosheid en het coronavirus. Werkgevers en werknemers kunnen deze raadplegen als eerstelijnsadvies.

U leest hierin o.a. dat tijdelijke werkloosheid voor volledige dagen moet worden aangevraagd. Een regel waar nog vaak tegen wordt gezondigd. Indien er bijvoorbeeld de helft minder werk is, is het dus niet mogelijk om een voltijdse werknemer halve dagen te laten werken in combinatie met tijdelijke werkloosheid. In het licht van continuïteit is dit wel vaak wenselijk. Er kan uiteraard wel afgewisseld worden: één dag werken, één dag tijdelijke werkloosheid, …

 

1.6 Interessante alternatieven

Het systeem van TWOC is geen verplichting. Er bestaan tal van andere mogelijkheden om de vermindering van werk op te vangen. Gelet op de voorwaarden van TWOC, kunnen alternatieven zowel interessant zijn voor de werkgever (bv. vermindering van aantal uren op dagelijkse basis), als voor de werknemer (bv. impact op loon en gelijkstelling voor eindejaarspremie).

 

1.6.1 Inzetten van vakantiedagen

Het inzetten van vakantiedagen is een alternatief voor het systeem van TWOC. Door het inzetten van vakantiedagen behoudt een werknemer in de eerste plaats zijn volledige loon.

Bovendien wordt er door het inzetten van vakantiedagen, voordat de tijdelijke werkloosheid wordt ingeschakeld, tegemoet gekomen aan een belangrijk risico voor de werkgever: een werknemer heeft namelijk maar recht op een werkloosheidsuitkering voor dagen dat de werkgever geen loon verschuldigd is. Indien er nog vakantiedagen resten, is de werkgever nog loon verschuldigd. Wanneer TWOC wordt ingezet aan het einde van het jaar terwijl er nog vakantiedagen resten, zou de RVA een uitkering wegens TWOC kunnen weigeren of de reeds betaalde uitkeringen kunnen terugvorderen van de werknemer. Het cumuleren van een werkloosheidsuitkering met loon is immers niet mogelijk.

Een werknemer kan echter niet verplicht worden om zijn vakantiedagen in te zetten, vooraleer de TWOC wordt ingeroepen. Vakantie dient namelijk in gemeenschappelijk overleg te worden opgenomen.

 

1.6.2 Arbeidsduur herorganiseren

Een tweede mogelijkheid bestaat erin om de arbeidsduur te herbekijken en om in te zetten op meer flexibiliteit, zodat de werknemers beter kunnen worden ingezet naargelang de werkstroom.

Dit kan bijvoorbeeld door een systeem van piek- en dalroosters in te voeren, waarbij er minder kan worden gewerkt tijdens rustigere periodes en meer kan worden gewerkt tijdens drukke periodes.

 

1.6.3 Opleidingen aanbieden

Aangezien werkgevers uit de privésector verplicht zijn om jaarlijks een bepaald aantal opleidingsdagen te voorzien per voltijds equivalente werknemer, kan het ook interessant zijn om werknemers in een minder drukke periode een opleiding te laten volgen in plaats van gebruik te maken van het systeem van TWOC.

Het kan daarbij gaan om zowel formele opleidingen die via een gespecialiseerd opleidingsbureau buiten de bedrijfsmuren zullen plaatsvinden, als informele opleidingen die verband houden met het werk zelf (bv. training on the job, zelfstudie, workshops, …).

Bovendien kunnen deze opleidingen ook gekoppeld worden aan het wettelijk verplicht welzijnsbeleid in de onderneming, zoals opleidingen inzake veiligheid en welzijn.

Een ruim aanbod aan opleidingen kan worden gevonden via de website van de VDAB. Bovendien bestaat er binnen verschillende sectoren een Fonds voor Bestaanszekerheid dat ook opleidingen aanbiedt.

 

1.7 Conclusie

Met de verlenging van het systeem van TWOC komen alle situaties van tijdelijke werkloosheid door de coronapandemie tot 31 maart 2022, in aanmerking als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

Hierdoor kunnen werknemers die tijdelijk geen of minder werk hebben door de coronacrisis, ‘tijdelijk werkloos’ worden gemeld. Zij krijgen voor deze periode een werkloosheidsuitkering. Werkgevers kunnen door deze verlenging nog steeds gebruik maken van een vereenvoudigde aangifteprocedure, waardoor ze enkel maandelijks een elektronische ASR-scenario 5 moeten doen.

Naast het systeem van TWOC, bestaan er echter ook enkele alternatieven, die het overwegen waard kunnen zijn voor zowel de werknemer als de werkgever.

Dit artikel werd geschreven door

Op zoek naar advies rond een bepaald onderwerp?

We begeleiden je naar de juiste persoon of team.